Waar ben je naar opzoek?

Een wijze les van m’n nichtje van 8 maanden

2 minuten lezen Marian Alons
Een wijze les van m’n nichtje van 8 maanden

Het is 3 januari. We zitten met het gezin aan tafel. De liturgie van de rouwdienst van opa ligt op tafel. Zuchtend en starend naar niks. Onze hoofden zitten vol met indrukken van de hele dag – eigenlijk van de hele week. Het is genoeg geweest voor vandaag. En dan rijdt de auto van m’n zus en zwager de oprit op. 

De achterdeur zwaait open. Het gezinnetje komt de keuken ingelopen. Een groet en daarna volgt een gigantische lach van m’n nichtje, die de hele dag bij de opvang is geweest. Ze is blij om bekende gezichten te zien en zwaait hard met haar armpjes en beentjes heen en weer. Ik glimlach, net als de rest van de familie. Pff, dit hadden we nodig.

Lees ook: Rouwverwerking voor moeders

M’n zwager zet de kleine meid bij mijn vader, haar opa, op schoot. Ik zit recht tegenover hem. Zijn vader is net begraven en nu zit hij met zijn eerste kleinkind op schoot, nog geen jaar oud. Ze spartelt nog steeds in het rond met haar armpjes. Het is wel aangrijpend om je verdrietige papa zo te zien, maar tegelijk oprecht blij met zijn nieuwste aanwinst in de familie.

Het zette me aan het denken. Mijn nichtje kent geen verdriet. Oh, ze kan zeker heel hard krijsen als ze moe is en op bed wil, maar échte verdriet, rouw, dat kent ze niet. Maar goed ook natuurlijk. Toch zou ik wel eens willen weten wat er allemaal in haar koppie omgaat. Zou ze de treurige blikken en snotneuzen herkennen?

Lees ook: Zo ziet een ‘veilig thuis’ door de ogen van een kind eruit

Aan de andere kant beschikt m’n nichtje over een eigenschap die wij volwassen te weinig beschikken. Ze is totaal niet gierig, is met het minste tevreden en heel, heel, echt heel vaak vrolijk. Voorbeeldje: Vanmiddag liet ik een banaan aan haar zien. Ze lag helemaal in een deuk. Een simpel, geel, krom stuk fruit kan haar opvrolijken. Ik moet zeggen: daar word ik dan weer vrolijk van.

Ik zie het als een leerdoel voor ons als volwassenen. We mogen best wat vaker dankbaar zijn met wat we hebben. Iets minder snel vragen of er ook een grotere, luxere, duurdere, mooiere versie van te krijgen is. En misschien nog wel het belangrijkste: elkaar opvrolijken als dat nodig is. En dat kan zelfs zonder woorden. 😉

Lees ook de tante blog van Jeanine: Wel de lusten, niet de lasten?

Bron hoofdafbeelding: Flickr